door: Tineke Haitsma
De berenloop. Je moet wel even weten waar je aan begint. Een jaar eerder heb je alvast het hotel gereserveerd voor de volgende keer, anders weet je niet of je wel een plekje hebt. Het hele eiland zit vol. Voor degenen die denken, leuk, kunnen we niet met een hele groep in een groot huis? Nou forget it, die zijn gewoon tot in het oneindige door dezelfde verenigingen (meestal) vastgelegd.
Vergeet ook niet de boot te boeken, anders krijg je niet de meest handige tickets qua tijden. De sneldienst (45 minuten alsof je in een vliegtuig zit) is meestal favoriet, maar aan de andere kant, de beleving is toch een tikje intenser op de gewone veerboot, die er -dat dan weer wel- twee keer zolang over doet. Dan is het zaak dat je noteert wanneer de startnummer verkoop begint, want het duurt niet lang of het is uitverkocht.
Op zaterdag is er het Kleintje Berenloop, waar je de 5 of 10 km in het bos achter de plaats West-Terschelling kan lopen. De zondag is het domein van de halve en hele marathonlopers, waarbij de parcoursen een aardig deel van het eiland beslaan.
Zelf had ik voor deze keer een 5 km, een 21 en de 42 km besteld. Qua prijzen valt het wel mee en ik wist niet precies hoe ik er voor zou staan. 5 km kan altijd in combinatie met een halve of hele afstand de volgende dag. Een week of 6 geleden besloot ik dat de hele marathon er niet in zat. Wat ik erg jammer vond omdat het mijn 10e zou zijn, en mijn 3e Berenloop marathon. Maar de halve is geen straf, het is altijd een waar loopfeest. Dus kon ik er vrede mee hebben.
Aangezien ik een Friezin ben gaat mijn hart er sowieso al sneller van slaan om naar Terschelling te mogen. Ook mijn man Jan Willem is erg dol op het eiland en we kijken er dan ook al lang van tevoren naar uit. Zo kunnen we na 5 achtereenvolgende Berenlopen (sinds 2015) toch wel spreken van een vaste gewoonte. Afgelopen voorjaar besloten wij een paar dagen te gaan om het ook eens in een ander jaargetijde mee te maken. Ik heb daar toen met Jan Willem op de fiets aan mijn zijde, ook de halve marathon gelopen, als training en gewoon, omdat het kan!
Op donderdagavond reden wij ’s avonds naar Sint Annaparochie, op 20 minuutjes rijden van Harlingen, om een nachtje bij mijn moeder te logeren (hele goede B&B ). De volgende dag zouden wij de snelboot van 9.30 uur nemen. Helaas, die had een motorstoring en zo duurde het drie kwartier voordat we alsnog af konden varen. Eenmaal goed en wel aangekomen eerst snel een fiets huren en de bagage afgeven voor vervoer naar ons hotel. Daarna is er maar één optie: naar “de Walvis” aan het Groene strand, met zicht op Vlieland, daar waar de Noordzee en de Waddenzee elkaar aantikken. Wat ons betreft het meest prachtige plekje van het eiland. Onder de veranda van de Walvis nuttigen we dan eerst koffie met Terschellinger Cranberry Cheesecake, en bij het volgende rondje koffie moet daar dan wel een Juttertje bij (een soort Berenburgertje). Met een dekentje over de benen was het weer goed toeven en genieten van het uitzicht dat steeds verandert door de wolken die voorbij drijven, het licht op het water, eb en vloed. Magnifiek!
Door de jaren heen is er een aardige vertegenwoordiging van Tri-Teamers e.a. Wassenaarders geweest, altijd verspreid in huisjes, appartementen en hotels, maar dit jaar constateerde ik samen met Jan Willem de enigen te zijn! Wel hebben wij ondertussen verschillenden aangestoken met het Berenloopvirus, en verheugden wij ons op het weerzien op het eiland met goede oude vrienden, waaronder Alida, waar ik sinds de lagere school al mee bevriend ben (en dat is heul heul lang gelee ).
We zaten net als de vorige keer in hotel Skylge, met voortreffelijk uitzicht op het Wad (zelfs vanuit je bed). Wat een verwennerij is dat. Het eilandleven houdt in, lekker op de fiets een beetje struinen door de duinen, een borreltje drinken, een etentje, genieten van het hotel, en de dag vliegt voorbij.
Zaterdag stond de 5 km van het Kleintje Berenloop op het programma. Ieder jaar gingen we daar altijd vlak voor het hoogste punt in het bos staan om mensen aan te moedigen. Elk jaar dacht ik, waarom doe ik zelf niet mee? Dus nu eindelijk dat idee uitgevoerd. Om 10.30 gingen we los en was het even zoeken om in de juiste pas te komen, erg druk op het bospad! Maar al snel kwam er ruimte. Niet te hard lopen, het mag niks kosten want morgen is het echte werk. Maar ja het liep zo lekker, dat had ik in tijden niet gevoeld. Ook had ik niet het idee dat ik echt hard aan het werk was, dus ik liet het maar gebeuren. Na 3 km ging het behoorlijk steil omhoog, het punt waar ik zelf altijd stond aan te moedigen. Mijn eigen supporters stonden er nu ook voor mij. Trouwens de hele route stonden overal mensen te klappen en aan te moedigen, echt super leuk publiek. Allemaal hardlooptoeristen, ze weten wat je drijft zeg maar. In 24.30 kwam ik al over de finish, dat had ik niet gedacht. Helaas had ik geen 5 km afgelegd, maar was het 4,8. Hoe dan ook, het was leuk en prettig om even lekker te bewegen. Ik bleek 2e dame (V50) te zijn geworden en al was daar geen prijs voor, leuk was het wel.
‘s Middags lekker gerecreëerd met de fiets over het eiland, even naar de noordkant van het eiland. De wind nam toe, maar we wilden wel even de zee aantikken. Het Terschellinger strand is mega breed (het breedste strand van Europa), dat is echt heel bijzonder om te zien. De rest van de dag besteed aan shoppen en lekker eten, daarna Pec Zwolle – Cambuur op ESPN kijken (1-2). Je raadt al waar ik voor ben In ons vriendengezelschap 4 Zwollenaren, die keken niet zo blij.
Zondag, Raceday! Eerst maar eens even lekker ontbijten, wordt altijd goed verzorgd met alles wat een loper nodig heeft. Pas om 12.00 uur zou de start zijn dus genoeg tijd om het te verteren. Voor die tijd uitchecken, koffers afleveren voor vervoer naar de boot, en hup op de fiets met Alida richting de Brandaris, het startgebied. De wind was al flink aangetrokken en het ene na het andere kleine buitje was al gevallen. Ik besloot mijn regenjasje aan te houden, de rest van de spullen afgegeven. De tijd kroop voorbij maar opeens hadden we haast, want verhip wat was het overal druk en hoe kwamen we in het startvak? ER was geen doorkomen aan, wat we niet helemaal snapten want dit was nooit zo geweest en publiek werd nu geweerd uit het startgebied. Dus dan maar omlopen betekende dat we achteraan in het startvak terechtkwamen. Lang nadat de scheepshoorn als startsein had geklonken en twee regenbuitjes verder (lang leve het regenjasje) kwamen we dan eindelijk in beweging. Onder de brandaris door, en linksaf langs de duinrand, richting de haven, langs het wad richting passantenhaven en ons hotel. Prachtig gezicht altijd , het lange lint van lopers in zo’n pittoresk stukje Nederland. Bij de stayokay langs naar de hoofdweg, waar je voor de gelegenheid lekker middenop mag lopen. Het was nog steeds super druk en ik was echt aan het navigeren, goed opletten. Alida had ik ondertussen dag gezegd. Het liep lekker, beetje snel misschien maar ik nam me voor de wind in mijn rug goed te gebruiken, dus het ging best hard, zo rond de 5.15 per km. De klap zou later , op de terugweg door de duinen, toch wel komen, zo was mijn redenering. Eerst naar Baaiduinen en Hee, daarna Midsland, waar het altijd groot feest is in de winkelstraat waar je doorheen rent, op de maat van het drum gezelschap wat daar altijd staat. Ik liep zoals altijd met dik kippenvel. Jan Willem en René, Alida’s man stonden ook op diverse plekken, daar word je ook blij van. Bij 9 km, bij het dorp Formerum haalde ik de 3 Zwollenaren in, die waren wel goed in het startvak terechtgekomen en ruim 10 minuten eerder gestart dan Alida en ik! Hoe leuk om die nu nog even te kunnen zien. Ze liepen steady en waren blij, dus dat ging goed! Even een foto en filmpje gemaakt van dit leuke moment.
Inmiddels richting het Noorden gedraaid, werd het wat zwaarder. Soms nog wel wat beschutting van huisjes en bomen, maar het tempo wat ik in het begin had was het niet meer. We hadden vlak van te voren vernomen dat het parcours verlegd was, ivm springtij op het strand! Normaal loop je 3 km (van 12 tot 15 km) Dus we mochten er niet op, maar moesten achterlangs door de duinen. We draaiden in een regenbui linksaf de duinen in, boven zee zag je de zon en een mooie regenboog. Mijn inschatting dat dit nog wel eens zwaarder kon worden dan het op het strand zou zijn, klopte wel. Niet alleen had je hier behoorlijk wind tegen, ook ging het soms flink omhoog en verder was het maar smal dus moest je alert lopen. Ik nam heel vaak de bermstrook en was veel aan het zigzaggen om m’n tempo te kunnen houden, dat was ik eigenlijk al vanaf het begin aan het doen. Ondertussen lag mijn tempo rond de 5.30 per kilometer, soms nog wat langzamer afhankelijk van hoogtemeters, richting en drukte op het pad. Het was een gevecht met de elementen, af en toe kon ik achter een brede rug schuilen. De striemende regen gaf wel het gevoel dat ik dapper aan het strijden was. Aan het eind van het fietspad draaiden we weer richting strand om een lus te maken, zo konden we de tegenliggers mooi zien. Ook hier (bij strand paal 8, West-Aan Zee) een enthousiast publiek ondanks de elementen die ook hen ontzettend uitdaagde. Een warm haardvuur in een cafeetje zou ook best aardig zijn geweest, maar ze stonden er toch maar mooi.
Vervolgens ging het weer met een flinke wind maar met iets meer ruimte over de weg, genaamd de Longway, terug naar West. Het eerste stuk is kaal, maar het bos is al snel in zicht. Eenmaal daar aangekomen voelde het rustiger, de wind speelde geen rol meer. Maar dan bij 17 km krijg ik honger en voel ik de kracht een beetje wegzakken. Nu opletten, doorzetten, denk aan hoe je hier andere jaren je voelde! Ik ben altijd helemaal lyrisch over deze bosweg, dat gevoel heb je nodig hier! Dan komt het 20 km punt er aan en dat betekent een extra speaker aan de rand van het dorp, een iconisch figuur van SV Friesland die dit evenement voor de 24ste keer organiseert. Het geluid en zijn enthousiasme heeft zeker aantrekkingskracht, en je gaat er weer harder van lopen. De laatste kilometer is daar. Dit betekent nog even richting haven lopen en dan het dorp weer in, langs een feestende menigte door de kroegenstraatjes, op naar de Brandaris. In de Torenstraat helaas geen rode loper, want die waaide weg. Toch jammer, want dat is een mooie traditie. Je komt aan onder de Brandaris en het licht zwaait over je heen. Ik word hier altijd een beetje emo van.
In 1.56.06 gefinished en ik ben dik en dik tevreden. In 2019 liep ik 2.03 met Alida samen, ik hielp haar toen een PR te lopen. De 2 x daarvoor liep ik onder de 1.50 maar dat zit er niet meer in voor mij. Heel erg leuk en heel erg genoten. Alida komt binnen (met zere heup) in 2.08, heel netjes! De Zwollenaren komen nog wat later binnen, iedereen heeft het gehaald en is blij! Naderhand weer in de kroegenstraatjes staan kijken naar de aankomst van de marathonners, die in het schemer en donker finishen, wat een geweldig loopfeest. Moe maar voldaan stappen wij na een lange mooie dag en dito weekend op de veerboot naar Harlingen en zit het er weer op. Volgend jaar weer, de 5, de halve, of….